Verwelkomen van elkaar midden in de zomernacht: – 1.10 uur

“Mama, ik vind het een beetje eng?”

Ik stap mijn bed uit en doe het grote licht op zijn kamer aan.

“Zo beter, schat?” 

– 1.20 uur “Mama, mag de ventilator aan?”.

“Tuurlijk schat”. Ik strompel uit bed en zet de ventilator aan.

– 1.29 uur “Mama, ik kan écht niet slapen!”

“Ok, ik kom eraan. Kom maar voor één keer bij mij in bed dan.” Ik verplaats de ventilator naar mijn kamer en zet mijn raam open.

– 1.36 uur “Mama, ik heb het nog steeds warm”. Ik besluit het dekbed uit het overtrek te doen en samen liggen we onder een dunne lap stof. 

– 1.54 uur “Mama, ik wil wel slapen maar mijn hoofd is niet moe.” Ik vertel hem zo te ademen dat hij de lucht door zijn neus voelt gaan. 

– 2.12 uur “Mama, mag ik wat water?”

Het helpt allemaal niet. Er volgen nog vele vragen; “Mama, waar wonen boeven eigenlijk?”, “Mama, is het al licht?”, “Mama, als ik nu even op de tablet ga, dan kun jij slapen?” De slimmerik! 

Ouder zijn gaat voortdurend over het afstemmen op jouw behoeften en die van je kind(eren). En terwijl ik ook nog een politiehelikopter boven de wijk hoor cirkelen en de eerste mug van dit jaar mijn kamer heeft bereikt, zucht ik diep. Koffie is vandaag mijn beste vriend!